Dag van de luizen: 7 feiten en fabels

Datum: 6 mrt '19

Hoewel ik medisch gezien niets af weet van luizen, ben ik wel enorm ervaringsdeskundige met een dochter die in “de toptijd” vrijwel het hele jaar door luizen had… en als ze dan weer luisvrij was, zei een moeder als ze haar dochtertje weer bij me kwam ophalen: ”Oh ja, dat was ik nog even vergeten te zeggen: … heeft luizen. Niet erg, toch?” En dan ging alles weer van voren af aan… En dat in een tijd dat ze nog vonden dat je dan alle dekbedovertrekken, handdoeken en wat dies meer zij moest wassen. De dekbedovertrekken zijn er nog steeds vaal van.

Nationale luizendag

Hoe dan ook: Juf Ank en de luizenmoeder hebben het er maar druk mee. Ook vandaag: het is nationale luizendag!

7 feiten en fabels over luizen

Vast bij velen al bekend, maar toch nog even de 7 feiten en fabels over luizen.

1. Meisjes hebben vaker luizen dan jongens.
   Dat is waar. Meisjes hebben meestal langer haar en een hoofdluis hecht zich daar makkelijker aan. Bovendien is langer haar moeilijker uitkammen.
2. Luizen houden met name van de herfst.
   Dat is niet waar. Luizen houden wel van warmte, maar ze zitten op je hoofdhuid waar het 37 graden is. De piek na de (zomer)vakantie komt, omdat er in vakanties minder goed gecontroleerd wordt.
3. Hoofdluis komt alleen voor bij kinderen en pubers.
   Dat is niet waar. Volwassenen hebben wel minder kans op besmetting, omdat zij minder hoofd-tot-hoofdcontact hebben.
4. Luizen veranderen mee met de kleur van je haar.
   Dat is niet waar. Ze passen zich wel aan aan het gebied waarin ze voorkomen. In Afrika hebben mensen vaak heel ander haar en hebben de luizen daar ook andere pootjes.
5. Je kunt luizen krijgen van je kat of hond.
   Dat is niet waar. Dieren hebben andere luizen dan mensen.
6. Als je kind luizen heeft moet je je dekbedden koken en luizencapes gebruiken.
   Dat is niet waar. Luizen die de hoofdhuid verlaten zijn al zo verzwakt dat ze snel zullen sterven en zo niet anderen zullen besmetten.
7. Kammen, kammen kammen
   Kammen, luizenshampoo en controles helpen wel bij het tegengaan van luizen.

“Luizen: Dat vinden we niet raar, dat vinden we alleen heel bijzonder”

Manon Penris,
opleider/adviseur NSPOH Opleiding verpleegkundige Maatschappij en Gezondheid AGZ en JGZ
6 maart 2019

Via e-mail reageren op dit artikel? Klik op de naam van de auteur.