030 810 05 00

Of stuur ons een e-mail

Menu

Extra handjes voor bedrijfsarts

Datum: 2 okt '23

Het arbo-onderwijs is in beweging. Er ontstaan zelfs nieuwe arboberoepen, zoals de praktijkondersteuner bedrijfsarts en de arbeids- en gezondheidspsycholoog. Waar komen die vandaan?

Geschreven door Lie Kietselaer

Nieuwe beroepen schieten te hulp

Al jaren is er een groeiend tekort aan bedrijfsartsen. Volgens het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid begonnen er in 2020 slechts 88 basisartsen aan de opleiding tot bedrijfsarts, terwijl er ieder jaar 250 nieuwe instromers nodig zijn om voldoende bedrijfsgeneeskundige zorg te kunnen geven.

Deze ontwikkeling heeft ook invloed op het onderwijs van de verschillende arboprofessionals. “Zo’n zes jaar geleden kwam er een arbodienst naar ons toe”, vertelt Erik Noordik, senior opleider bij de NSPOH. “Zij zagen dat steeds vaker casemanagers door de bedrijfsarts gevraagd werden inhoudelijke taken uit te voeren. Die voelden zich onvoldoende uitgerust om hieraan te voldoen.”
Naar aanleiding van deze vragen uit de praktijk ging een aantal opleidingsinstituten aan tafel met de arbodienst. Zo ontstond het nieuwe beroep praktijkondersteuner bedrijfsarts (POB), met bijbehorende opleiding. Deze ontwikkeling van taken verdelen en delegeren was al eerder te zien bij huisartsen met de praktijkondersteuner huisarts (POH). “We hebben dit nu ook toegepast in de bedrijfsgezondheidszorg”, zegt Noordik. Wel benadrukt hij dat dit geen automatische oplossing is om het tekort aan bedrijfsartsen te compenseren. “Het helpt vooral om het werk beter te verdelen over meer professionals.”

Taken delegeren

Het werk van een POB bestaat tot nu toe vooral uit het begeleiden van werknemers bij verzuim. Vaak gaat het om klachten aan het bewegingsapparaat en psychische problemen. De rol van de bedrijfsarts verschilt per arbodienst. “Sommige bedrijfsartsen willen iemand eerst zelf zien en anderen laten de POB het voorbereidend werk doen en zien de werknemer pas na een aantal weken”, legt Noordik uit. De bedrijfsarts houdt wel altijd toezicht, geeft aanwijzingen en grijpt in als het niet goed gaat of te complex wordt.

De POB’s zijn hbo-professionals die meestal al een tijd werkzaam zijn in het arboveld als verzuimcoach of casemanager. Sommige bedrijfsartsen geven de voorkeur aan iemand met een BIG-registratie zoals de verpleegkundige. “De wetgever heeft de bedrijfsarts in de positie gezet dat hij zelf mag bepalen aan wie hij taken delegeert.” Met het delegeren van taken door bedrijfsartsen is er ook meer vraag ontstaan naar arbo-verpleegkundigen. Daarom is er recentelijk een tweede opleiding voor arbo-verpleegkundige bijgekomen.

A&G-psycholoog

Psychische klachten zorgen nog altijd voor een groot deel van uitval en verzuim van werknemers: een derde. Het gaat om relatief lichte psychische problemen zoals overspannenheid, depressieve klachten en angststoornissen. Die werknemers komen nu meestal terecht bij een GZ-psycholoog of een arbeids- en organisatiepsycholoog. “De GZ-psychologen zijn vooral uit op een reductie van klachten, terwijl je herstel van functioneren op werk wilt bereiken”, constateert Noordik. “Daarnaast wil je een link leggen met de leidinggevende, het team en de organisatie van het werk. Een A&O psycholoog begeleidt weer geen verzuimende werknemers, omdat die vooral gefocust is op preventie.”

“Iemand van klachten afhelpen is niet hetzelfde als iemand helpen weer aan het werk te gaan of te blijven. Hier komt de arbeids-en gezondheidspsycholoog als specialist om de hoek kijken”, legt hij uit.

Reduceren van klachten

Een opleiding voor de A&G-psycholoog bestaat in feite niet. Iedereen stelt nu z’n eigen programma samen via losse cursussen. De opleiding is daardoor erg versnipperd en samenhang ontbreekt. Het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP) vroeg de NSPOH een nieuwe opleiding te ontwikkelen die leidt tot een registratie als A&G-psycholoog.

Maatschappelijk gezien is er een hoop te doen als het gaat om reduceren van psychische klachten bij uitgevallen werknemers. Noordik: “De beroepsvereniging ziet dit uiteraard ook en heeft gezegd dat er een samenhangende opleiding moet komen om dit type psychologen op te leiden. Het gaat dan niet alleen om het begeleiden van het individu dat terugkeert naar werk. Maar ook om het voorkomen dat iemand weer uitvalt en ervoor zorgen dat iemand duurzaam blijft functioneren. En dus dat de werkomgeving verandert in samenspraak met de leidinggevende of werkgever.”

Rol beroepsverenigingen

Beroepsverenigingen en opleiders werken nauw samen. Zij weten wat er vanuit de praktijk nodig is en waar een professional goed in moet zijn. Zo hebben arboverpleegkundigen een competentieprofiel waar je aan moet voldoen om als verpleegkundige geregistreerd te worden in het kwaliteitsregister. Opleiders ontwikkelen een opleiding gebaseerd op dit profiel.

En soms ontstaat er een nieuwe beroepsvereniging die volgt uit een nieuwe opleiding, zoals bij de praktijkondersteuners bedrijfsarts gebeurde. “Wij hebben op een gegeven moment tegen de eerste groepen afgestudeerden gezegd dat het goed zou zijn een eigen beroepsvereniging op te richten. Dit werd beaamd en toen is de Nederlandse Vereniging Praktijk Ondersteuners Bedrijfsartsen (NVPOB) ontstaan. Zij hebben hun eigen ideeën, wensen en visie op wat een POB in huis moet hebben. Dat bespreken we onderling en daar stemmen wij onze opleiding weer op af.”

De toekomst

Er wordt in de bedrijfsgezondheidszorg steeds meer gezocht naar een diverse mix van professionals om klanten goed te bedienen. De bedrijfsarts krijgt steeds meer een leidinggevende en coachende rol. Er vormen zich bedrijfsgeneeskundige teams, zou je kunnen zeggen. “Ik zie steeds meer een team ontstaan bestaande uit een bedrijfsarts en daarbij een mix van ondersteuners zoals de POB, verpleegkundigen en casemanagers en daarnaast zelfstandig werkende teamleden zoals een arbeids- en gezondheidspsycholoog en (bedrijfs)fysiotherapeut.”

Het onderwijs verandert hierdoor ook. “Er is meer behoefte aan modulair, flexibel, waardengedreven en gepersonaliseerd onderwijs. Opleidingen worden steeds meer afgestemd op het individu en hun dagelijkse praktijk”, vertelt Noordik. Het online onderwijs is door de pandemie in een sneltreinvaart ontwikkeld en is al niet meer weg te denken. “De balans tussen on- en offline les moet wel goed zijn. Je merkt dat het ook prettig is en nodig blijft om elkaar te zien. Zo’n groepsproces heeft ook veel meerwaarde. Wij zullen altijd een (fysieke) ontmoetingsplaats blijven.”

Opleiding praktijkondersteuner bedrijfsarts

Praktijkondersteuner bedrijfsarts (POB) is een relatief nieuw beroep in arbodienstverlening. Wil jij de bedrijfsarts ondersteunen op het gebied van verzuimbegeleiding, preventie en duurzame inzetbaarheid? En tevens vanuit je eigen expertise hieraan een bijdrage leveren? Doe dan in 10 maanden deze opleiding Praktijkondersteuner bedrijfsarts.

Bron

Bovenstaand artikel verscheen in Arbomagazine #4 – mei 2022, pag. 12-13.